papers

Effecten van het werken vanuit sterktes #3: Wat zijn we te weten gekomen?

This page is not available in English - View in Dutch:


Het afgelopen jaar hebben we onderzoek gedaan naar de effecten van een reeks talentenworkshops die we gaven bij twee organisaties. In deze blogreeks beschrijven we deze week de aanloop van het onderzoek, resultaten uit het onderzoek, inzichten naar aanleiding van het geven van de workshops, en over hoe we nu verder gaan.

 

Op tafel verspreid liggen A4tjes met tabellen en grafieken. Eromheen zitten wij, samen met onze opdrachtgevers en de collega’s van Tilburg University. Voor ons liggen de resultaten van het onderzoek naar de effecten van workshops over het inzetten van sterke punten. Razend benieuwd zijn we naar de eerste inzichten die vers van de pers uit de analyse zijn gerold….

 

Best spannend, want we hopen natuurlijk dat onze workshops een positief effect hebben. Het wetenschappelijk onderzoek was in handen van Tilburg University, die samen met de organisaties een experimentele groep en een controle groep had gemaakt. Zodat we konden meten of de effecten ook echt toe te schrijven waren aan de workshops die we gaven. En bijvoorbeeld niet aan andere zaken, zoals de tijd van het jaar of andere factoren.

 

Wat hebben we gevonden? Het interessante is, dat de effecten van de workshop voor de twee organisaties waar we het onderzoek deden, heel verschillend waren.

 

‘Ik ken mijn talenten nog niet echt’

Op de basisscholen hebben de workshops ervoor gezorgd dat deelnemers positiever waren over hun eigen functioneren dan voor de bijeenkomsten. Bij de leerkrachten bleek dat de workshop werkte voor hen die ze het meest nodig hadden. Degenen die vóóraf aangaven nog geen goed beeld te hebben van hun eigen sterke punten of het inzetten hiervan, hadden het meest aan de workshops. Ofwel, daarbij zagen wij de meeste effecten. Deze mensen scoorden na de workshop significant hoger op zelfvertrouwen en op initiatief nemen op eigen persoonlijke ontwikkeling in vergelijking tot deelnemers uit de controlegroep. Ook leerkrachten die voorafgaand aan de workshop laag scoorden op optimisme, hoop, veerkracht en zelfvertrouwen hebben baat gehad bij de workshops. Deze mensen bleken na de workshops meer geneigd te zijn om te investeren in hun persoonlijke en professionele ontwikkeling.

 

‘Ik en mijn talenten zijn hier op de juiste plek’

Bij de uitzendorganisatie werden juist andere resultaten gevonden. Daar hadden degenen die op voorhand aangaven hun sterke punten goed te kennen en deze ook in te zetten juist het meeste baat bij de workshops. En dus niet degene die laag scoorden, zoals bij de basisscholen. Mensen die hoog scoorden op zelfvertrouwen, hoop en optimisme, en dus op hun plek leken in hun huidige rol en in de organisatie, scoorden na de workshops hoger op functioneren dan de mensen die op voorhand laag scoorden op deze punten. Verder blijken deelnemers die optimistisch, hoopvol, veerkrachtig en vol zelfvertrouwen zijn na de workshops significant hoger te scoren op hun initiatief tot persoonlijke ontwikkeling.

 

Hoe verklaren we dit verschil?

Een interessant onderscheid: in de ene organisatie ervaren mensen met de minste voorkennis een ‘boost’ van de workshops, terwijl dat in de andere organisatie juist geldt voor de mensen die al 'goed in hun vel' zaten als het gaat om hun eigen zelfinzicht en -vertrouwen. Hiervoor zijn verschillende verklaringen mogelijk, die we momenteel in vervolganalyses onderzoeken.

 

Een van de hypotheses is dat de 'mindset' van iemand (een growth mindset of juist een fixed mindset) ten aanzien van diens eigen groei en ontwikkelpotentieel impact heeft. Als je gelooft in je eigen groeimogelijkheden zul je kansen oppakken. Het lijkt erop dat je, hoewel je (nog) niet zoveel zelfvertrouwen hebt, wel een growth mindset kunt hebben.

 

Een andere hypothese  is dat de aard van de talenten van mensen invloed heeft. Het zou bij de uitzendorganisatie zo kunnen zijn dat de mensen die al zelfverzekerd waren ten aanzien van hun talenten, veel sterke punten hebben die goed passen bij de cultuur in de organisatie en openlijk worden aangemoedigd (extraversie, resultaatgerichtheid, actiegerichtheid). Zowel voor als tijdens de workshop. Terwijl de mensen die wat minder zeker zijn juist sterkte punten hebben die wat minder herkend worden als direct inzetbaar 'talent' (meer introverte, beschouwende of onderzoekende talenten bijvoorbeeld). We komen hier in de toekomst op terug. 

 

Oud en ervaren

Het blijkt dat leeftijd en werkervaring een belangrijke rol spelen in de werkzaamheid van de workshops. Oudere medewerkers met meer werkervaring blijken meer effect te ervaren, met name als ze hun sterke punten nog niet goed kenden. Dit kan ermee te maken hebben dat jonge medewerkers zich breed willen ontwikkelen en nog niet willen specialiseren op hun sterke punten. Terwijl medewerkers die ouder zijn en al meer ervaring hebben die behoefte misschien juist hebben; waar kan ik bij verder in ontwikkelen, hoe houd ik energie en plezier in mijn werk? 

 

Wat betekent dit?

Het effect van leeftijd en werkervaring is een belangrijke bevinding die aansluit bij de ambitie van veel organisaties om medewerkers langer, gezond en productief aan het werk te houden. Duurzame inzetbaarheid is een populair thema in veel bedrijven. Deze onderzoeksresultaten laten zien dat het inzetten op sterke punten en het ondersteunen van medewerkers hierin voor ervaren medewerkers een effectieve manier is om bewust te worden van hun unieke kwaliteiten. En bij het vinden van manieren om op het werk meer gebruik te maken van deze talenten.

 

Omgaan met verschillen

We weten door dit onderzoek dat er in een organisatie en in één groep grote verschillen kunnen zijn als het gaat over het kennen van eigen sterke punten. En dat die verschillen van invloed zijn op het effect van een workshop. Als begeleiders van bijeenkomsten is dit waardevolle input, want als je je al bewust bent van die verschillen, hoe ga je er dan mee om? Kun je meer aansluiten bij de verschillende behoeftes? Denk aan op voorhand van een traject of workshop een korte uitvraag of intake doen, zodat je weet of mensen nog helemaal geen idee hebben van hun sterke punten, of juist al wel. Je kunt je programma daarop aanpassen, en je kunt differentiëren. Het kan in ieder geval waardevol zijn om van tevoren te weten waar mensen staan.

 

In de volgende blog gaan we hier op door en beschrijven we wat de impact is van deze resultaten op onze visie op het sterke punten denken.

 

This site uses cookies to improve its usability. See our statement for more information.
Close
Cookie consent