kermis

Leren van successen gaat niet vanzelf (en: hoe dan wel?)

This page is not available in English - View in Dutch:


Bij een lezing over de werking van het brein zag ik ooit een afbeelding van twee hersenscans. Eén was gemaakt toen de proefpersoon iets onverwachts zag en schrok. De ander toen hij iets waarnam dat conform zijn verwachting was. Het verschil was opmerkelijk: op het eerste plaatje waren alle hersengebieden zo ongeveer actief - een soort uitbundige kermis. Daar stak de tweede scan maar saai en bleek bij af, alsof er niet zoveel gebeurde. De spreker verklaarde het verschil: ons brein is ingericht om te reageren op negatieve afwijkingen. We reageren daardoor ook veel heftiger op iets dat fout loopt dan op iets dat ons lukt. Dat is immers op breinniveau niets meer dan ‘een actie met een uitkomst conform verwachting’.
 
Ik herkende het onmiddelijk; bij mezelf en bij anderen. Als ik college geef, ben ik in mijn hoofd relatief veel bezig met die ene student die het allemaal maar saai lijkt te vinden: hoe kan ik hem er toch ook bij betrekken? Na een dag vol werkafspraken pieker ik op de fiets naar huis vooral nog over dat gesprek dat niet zo lekker liep: wat had ik anders kunnen doen? Als dat productief piekeren is, zijn fouten een rijke bron voor leren -  de blog van Suzanne Verdonschot laat dat mooi zien.
 
Dat is echter nog geen reden om zomaar aan onze successen voorbij te lopen. Ook al veroorzaken die niet direct kermis in ons brein, ze bevatten wel veel waardevolle informatie. Het ligt alleen niet zo voor de hand om erbij stil te staan. We vieren ze soms wel, staan er even bij stil, vertellen erover. Maar hoe zorg je dat je er van leert? 

 

‘Hoe kreeg je dat voor elkaar?’

Er bestaan verschillende vormen voor leren van succes, variërend van ‘licht’ tot intensief. Een voorbeeld van een laagdrempelige manier is de ‘complimenteuze vraag’. Coert Visser is expert in oplossings- en progressiegericht werken en werkt daarbij onder meer met deze simple en krachtige techniek: als je een collega iets ziet doen dat werkt, kun je een compliment geven (goed gedaan). Maar je kunt ook vragen: ‘hoe kreeg je dat voor elkaar?’ Een compliment en vraag in één, die meteen triggert tot reflectie en leren. Natuurlijk ook een goeie om aan jezelf te stellen…
 
Een soort uitgebreide variant daarvan is de door Erik de Haan ontwikkelde intervisievorm ‘leren van successen’, waarbij een collega een positieve ervaring kan inbrengen als basis voor het gesprek. Je gaat dan met elkaar uitpluizen wat maakte dat het een succes was: wat deed de betreffende persoon, wat voor kwaliteiten zette die in, wat voor factoren in de context speelden een rol, wat leren we daarvan? Het is verbazingwekkend hoeveel je dan met elkaar ontdekt. En hoeveel energie dat oplevert.

 

Een praktijkvoorbeeld

Een tijdje geleden paste ik deze laatste intervisievorm toe met een groep beleidsmedewerkers van een ministerie. Onderdeel van hun werk is het geven van presentaties voor grote groepen ondernemers en burgers over het nieuwe beleid. Dat is relatief nieuw, en niet iedereen voelt zich hier even zeker in. Bij de intervisie vroeg ik of iemand een voorbeeld had van een keer waarop zo’n presentatie best goed gegaan was, en je er zelf ook plezier in had.

 

Na wat verrassing en onwennigheid (‘nou, goed.., goed…, ik heb wel een voorbeeld, maar ik weet niet of dat nou echt goed was…’; ‘nee, ik kan dat niet zo van mezelf zeggen, toch?’; …) kwam er iemand – aangemoedigd door zijn collega’s – met een voorbeeld. Hij begon te vertellen en de anderen luisterden op een manier waarbij ze vooral probeerden te reconstrueren wat er was gebeurd. De vraag aan hen was: wil je proberen de film voor je te zien? Door de feitelijke vragen die ze stelden kwam er rust en gemak in het gesprek. We kwamen in de onderzoeksstand: wat was hier gebeurd? En wat was het effect ervan?
 
In de tweede ronde gingen de luisteraars brainstormen over succesfactoren: wat deed de hoofdpersoon dat werkte, wat was er in de context aanwezig dat bevorderend werkte? We schreven in no-time een flipovervel vol. De eigenaar van de casus zat stil te luisteren en te denken. Hij mocht aan het eind reflecteren: wat leer je hiervan, wat raakt je? Hij ontdekte door de reflecties van zijn  collega’s ineens nieuwe dingen in zijn eigen gedrag en voelde zich in een aantal dingen bevestigd. Het resultaat was voor hem vooral ook dat hij zich ineens een stuk zekerder ging voelen: ‘ik wist wel dat ik hier niet heel slecht in ben, maar nu snap ik ineens beter waarom het soms goed gaat, wat ik dan doe.’ Dat inzicht gaf rust, hij durft nu lastiger situaties ook met meer zekerheid in te gaan, omdat hij weet waar hij zijn houvast aan kan ontlenen.
 

Leren via andermans succes

En de anderen? Die leerden langs de band van het verhaal van hun collega. Doordat ze zelf konden analyseren. Het is een heel groot verschil, of mensen een ‘best practice’ krijgen voorgelegd, inclusief de door de onderzoeker gevonden ‘panklare’ succesfactoren of dat ze zelf hebben mogen puzzelen op een verhaal. In het eerste geval is de kennis echt tweedehands, zoals Joseph Kessels dat zo mooi uitdrukt. Door zelf te analyseren activeren mensen hun eigen inzichten en leggen ze verbanden met wat ze eigenlijk al weten. Zo ontstaat zelf ontwikkelde, en dus ‘eerstehands’ kennis.
 
De collega’s van deze bijeenkomst wezen feilloos dingen op de flip aan die zij ook al doen, weten en kunnen. En ze pikten ook verschillen op: ‘Koen zijn kracht is echt het improviseren in het moment, bij mij werkt dat anders, ik kan dat alleen als ik een goed draaiboek van tevoren heb, dat is voor mij echt een succesfactor. Maar dat kan ik dan ook goed, zo’n scenario maken.’ Zo leerde iedereen, via het verhaal van Koen, ook over hoe hij of zij zelf in zijn kracht staat bij presentaties. Het laatste half uur hebben we besteed aan het oogsten van ieders eigen persoonlijke inzichten en hoe ze die kunnen toepassen in de praktijk.

 

Organiseer die kermis voor jouw brein

Leren van successen vraagt dus vooral dat we onze aandacht een beetje buigen…en dat we over onze bescheidenheid of niet-gewend-zijn-aan praten over (ons eigen) succes heen stappen. Met behulp van nieuwsgierige vragen lukt dat eigenlijk verrassend snel.
 
Wat een belangrijk onderliggende factor blijft, is dat het over een thema gaat dat je echt intrigeert, waar je stappen in wilt zetten, beter in wilt worden, waar misschien wel frustratie zit… Iemand die met de vraag zit hoe hij zijn presentaties op een hoger plan krijgt, zal niet staan te trappelen om een succeservaring rondom bijvoorbeeld ‘beleid maken’ uit te pluizen… Maar als je baalt van je presentaties, er tegenop ziet, een hoge ambitie op dat gebied hebt of om een andere reden echt zin hebt om het beter te maken, en je gaat juist dan de diepte in rond een situatie waarin dat presenteren goed (of een beetje) lukte, zet de simpele vraag waarom het lukte veel in gang. Ook als dat succes nog maar een uitzondering was.
 

Dit is een (tweede) blog in het kader van een reeks over leren van fouten en leren van successen. Deze serie weblogs verschijnt in de aanloopt naar de FCE-onderzoekspraktijkdag op 22 april 2016. Voor meer informatie stuur een bericht aan Suzanne of Saskia.

 

Bron:

De intervisiemethodiek leren van successen vind je in: E. de Haan (2001) Leren met collega’s. Praktijkboek intercollegiale consultatie. Assen: Van Gorcum