Vandaag heb ik gewerkt in de meest idyllische locatie: een oude ‘retraite-woning’, aan een bevroren meer, tussen witte bomen. Echt prachtig. Met zicht op een winters landschap-zonder-einde vanuit elke workshop-ruimte.
En het valt op wat sfeer kan doen met mensen… Hoe goed om te zien dat gesprekken op zo’n plek anders klinken dan in de kantoren of vergaderzalen waar deze managers gewoonlijk hun dagen slijten. Mooi ook, hoe de opzet van die dag alleen door de sfeer van de plek al geslaagd is. Omdat we daar ont-moeten.
Maar soms vraagt een mens zich af of we onze dagelijkse werkruimtes niet wat meer sfeer zouden kunnen geven. Omdat het ons productiever zou kunnen maken? Of omdat creativiteit en innovatie dan meer voor de hand liggen? Of gewoon omdat dat fijner werkt?
Onlangs was ik uitgenodigd op een overleg in een hogeschool. Een nagelnieuw gebouw, met landschapsbureau’s en flexplekken. En verbazend genoeg startte ons gesprek met een verontschuldiging: omdat ze mij moesten ontvangen in een volledig glazen vergaderzaal. Wat is er mis als we zelfs in pas opgetrokken gebouwen, die naar de nieuwste ideeën over kantoorarchitectuur luisteren, ons verontschuldigen tegenover onze gasten?
Nu las ik hier dat rommelige bureau’s ervoor kunnen zorgen dat werknemers helderder denken. Is onze clean-desk policy dan toch niet de juiste weg naar productiviteit? Werknemers blijken alleszins, overal, een werkplek met eigen voorwerpen te verkiezen. Liever een foto van het kind of kleinkind, een knutselwerkje, een lege fles van het streekbier dat we proefden op de teamdag, en dat ene citaat dat ons helpt om niet in de stress te schieten.
En als ik mag kiezen, geef mij dan een teamlokaal waar de flap vol kernwoorden van onze laatste visie-oefening aan de muur hangt. Een werkplek waar een talenten-mindmap mag ophangen, als geheugensteuntje om er elke dag krachtig in te staan. Een computer met als bureaublad-achtergrond een foto van mijn laatste vakantie. Een agenda met de mooiste citaten in geschreven, om mij te herinneren aan wat ik belangrijk vind.
Op mijn ronde door de Vlaamse organisaties en bedrijven zie ik van alles wat. Open ruimtes met kleine kubuskes, waarin mensen werken die door muurtjes op ooghoogte van elkaar gescheiden zijn. Waar je hier en daar een pot spekken of doos pralines ziet staan, bij een collega die je graag even vertelt over zijn feest – als je daar stopt om te snoepen. Grote gezellige werkruimtes met foto’s aan de wanden, zelfs met tekeningen van bevriende kunstenaars. Lichte, heldere kantoorruimtes waar enkele tafels een eiland vormen tussen planten en wandkasten.
Maar ook collega’s die werken in een kantoor met muren die bovenaan open zijn. Waardoor ze helaas geen enkel telefoongesprek, geen enkele babbel, kunnen voeren zonder door anderen gehoord te worden. Kantoorkamers die van elkaar worden gescheiden door lange kale gangen en dichte deuren. Zou het toeval zijn dat mensen daarin klagen over het gebrek aan sfeer en vertrouwen in hun team? Kunnen we dan ook invloed nemen op ons werk, op onze teamwerking, op onze klantenrelaties, door de omgeving aan te pakken waarin we werken, overleggen en ontvangen?
Voor mij graag goede koffie, een comfortabele stoel, een grote tafel waardoor iedereen alle gesprekspartners kan zien. Wat beelden die tonen waar men in deze organisatie mee bezig is. Wat persoonlijke voorwerpen hier en daar. Niet teveel rommel, wel sfeer. Het hoeft niet zo bijzonder te zijn als bij Google of Facebook. Al wil ik wel eens zo’n schommelhangmatstoel uitproberen bij het bloggen…
Deze blog verscheen ook op vrijdagvisiedag.com.